Borneo, het vierde grootste eiland ter wereld, is bedekt met 14 miljoen jaar oude tropische regenwoud. De talrijke rivieren zijn meestal de enige verbindingswegen met het mystieke binnenland. In dit oudste jungle-gebied wordt men opgenomen in een fascinerend smaragden eldorado waar unieke dier- en plantensoorten zich ongestoord hebben kunnen ontwikkelen. Het noorden van het eiland Borneo wordt gevormd door Sabah en Sarawak, twee staten die behoren tot het Maleis koninkrijk, maar hun eigenheid hebben kunnen bewaren.
We herkennen deze apen vooral aan hun oranje kleur, dikke buik en kenmerkende neus. Enkel en alleen de volwassen mannelijke exemplaren ontwikkelen een enorm reukorgaan. Over de exacte functie hiervan tasten wetenschappen nog altijd in het duister ; gebruiken ze de neus als snorkel bij het al zwemmend oversteken van rivieren, is het enkel een reukorgaan of heeft het louter nut in de rangorde van de mannetjes bij het imponeren van de vrouwelijke dieren. Neusapen leven in haremgroepen van één volwassen mannetjes met enkele vrouwtjes en hun nakomelingen. Wanneer jonge mannetjes een bedreiging kunnen vormen voor de leider ontstaat er een gevecht en de verliezers vormen dan een soort van vrijgezellengroep totdat ze hun eigen harem kunnen verwerven. Hun leefgebied zijn de mangroves en het moerasbos waar voldoende voedsel aanwezig is om hun louter vegetarisch dieet te onderhouden. Ze eten enkel bittere vruchten en bladeren want hun ingewikkelde verteringssysteem stelt hun niet in staat suikers te verteren. Veel natuurlijke vijanden hebben ze niet, enkel grote pythons en luipaarden, en bij het minste gevaar springen ze in het water omdat ze uitstekende zwemmers zijn door de zwemvliezen tussen hun tenen. Deze clowneske en lawaaierige dieren zijn endemisch aan Borneo en met uitsterven bedreigd. Tijdens onze rondreis kunnen we moeiteloos deze fascinerende en unieke primaat observeren langs de Kinabatangan rivier.
Enkel in de primaire dipterocarp regenwouden van Sumatra en Borneo leven de opmerkelijk intelligente rode mensapen, de orang oetans. Hun genetische code is voor 96.4 % gelijk aan die van de mens waardoor we grappige gelijkenissen in gedrag kunnen treffen. Van alle mensapen zijn ze de beste klimmers en spenderen ze bijna hun volledige tijd in de toppen van hoge bomen op zoek naar eetbare vruchten. Orang oetans zullen ook elke avond een perfecte plek uitzoeken om te overnachten en aangezien hun grootte en gewicht hebben ze een nest nodig om te slapen. Ze maken een comfortabele slaapplaats van takken en bladeren met bescherming tegen de zon en/of regen. Enkel en alleen de volwassen mannetjes, die de kenmerkende ronde wangen ontwikkelen, hebben een enorm territorium. Het zijn de vrouwtjes die elk jaar dezelfde migratieroute afleggen die hen door hun moeder is ingeprent om op het juiste tijdstip bij de vruchten dragende fruitbomen aan te komen. Deze intelligente mensapen worden met uitsterven gedreigd aangezien er steeds meer primaire jungle met fruitende boomsoorten verloren gaat. Ze hebben eveneens een trage voortplantingscyclus en de jonge dieren blijven bij hun moeder tot ze ongeveer 7 tot 8 jaar oud zijn. Hierdoor heeft een orang oetan vrouwtje slechts 2 tot 3 kinderen gedurende haar leven omdat ze zich lang bezig houden met de jongen alle nodige technieken om te overleven in de jungle aan te leren.