Vanaf het eerste uur tot de laatste minuut neemt de gids je mee, langs Windhoek, via resorts naar het immense Etosha. Fijne safari's, gevolgd door een skemerkelkie en braai. Nadien volgt bezoek aan de legendarische Himba's. Je trekt door ongerepte natuur, bezoekt de Herero's en bereikt de oceaan in Swakopmund.
Verder naar Sossusvlei .... en nog veel meer.
REIS VAN 26.09.2016 TOT 15.10.2016
dinsdag 27/09/2016
Een eerste maal terug de luchthaven van Zaventem betreden na 22.03 geeft een licht ander gevoel dan voorheen. Wijziging om er in te komen laten je even zoeken, maar binnen is het als voorheen.
Vermits onze taxi ruim op tijd was en het verkeer zeer vlot verliep, zijn we een uur voor afspraak aanwezig, al zijn we niet de eersten. Na onze papieren gekregen te hebben van Marleen, checken we onze koffers in en rond één uur wandelen we door security en bagagecontrole naar gate A47.
De vlucht naar Frankfurt is nauwelijks het vermelden waard. Fons gidst ons kundig naar de luchttrein die ons naar de hall brengt waar Air Namibië zich bevindt. Het duurt een tijdje voor we onze boardingpas bemachtigd hebben en daarna kuieren we via de paspoortcontrole naar de gates. We hebben tijd zat en na een korte verkenning laten we ons de Japanse Sonnenschein soep in een apart restaurantje daar heerlijk smaken. Een pittige bouillon met kip, noedels en verse groenten, een hartige hap.
Stipt half acht gaan we op het vliegtuig en vlotjes gaan we het Duitse luchtruim in. Na korte tijd wordt het aperitief geschonken, gevolgd door een maaltijdje met kip of rund, vliegtuigkost. We zullen morgen vroeg landen, dus rond half elf worden de lichten gedoofd en zoekt iedereen naar de beste pose om enkele uurtjes te kunnen pitten, nooit simpel.
Klokslag 4 wordt iedereen gewekt, dienen de stewards een ontbijtje op en te zes uur landen we op de Hosa Kutako International Airport. International ? Het gaat gewoon over de tarmac naar binnen. Na immigratie en ophalen van de bagage ontmoeten we Marc in de ontvangsthal. Een korte kennismaking en dan rijden we met onze buscamion naar hotel Thule op een kleine veertig kilometer, waar de koffie met koek op ons wacht. Kort daarna terug instappen voor een korte kennismaking met Windhoek en bankbezoek voor het wisselen van Namibische dollars. Via een korte rit maken we kennis met Katutura, de favella van de hoofdstad. Met een eerste cultuurschok komen we terug in ons hotel.
Een fonkelwijntje, een lekkere lunch en daarna naar onze kamer voor enkele uurtjes verpozing, deugd doet dat.
Rond vier uur verzamelen we terug, lekker opgefrist, om Penduka te bezoeken, een project waar mindervaliden en kansarmen handwerk verzorgen om alzo een deel in de maatschappij te integreren. We laten ons vakkundig door een jongedame rondleiden en besluiten in de winkel met een schortje, een steunaankoopje , mee te pikken. Daarna brengt Bruce ons terug naar het Thule. Even verpozen en we maken ons klaar voor het diner in NICE, de hotelschool van Namibië.
Het diner is voortreffelijk, met bladerdeeggebak vooraf, klipking vis als als heerlijke hoofdschotel, en een succulente moëlleux als dessert. Voeg daarbij een lekker wijntje aan spotprijs om het geheel als super af te ronden.
Een kort busritje brengt ons terug in het hotel. Het is wel nog vrij vroeg, maar de dag was heel lang en morgen roept tijdig de wekker, dus liefst niet te laat onder de lakens.
woensdag 28/09
Kilometers lang rijden we over asfalt, met langs beide zijden onafgebroken de afrastering van enorme uitgebriede farms. Stipt te 8 uur zijn we op weg gegaan voor Mount Etjo, onze volgende stopplaats. Met onderweg een korte plaspauze bereiken we de lodge rond 12u. Eens we de poort van het domein doorrijden zitten we tussen de impala's , steenbokken en koedoes. Met een fris welkomsdrankje wachten we eventjes op onze sleutel en in no time zijn we op onze plaats. Na de lekkere lunch kuieren we over het grasveld en genieten van het uitzicht. Olifanten, nijlpaarden, apen, ganzen en waterbokken lopen zo voor onze neus aan de overzijde van de plas. De koffie met koek maakt onze siësta nog aangenamer. Mooi gevederde vogeltjes pogen wat kruimels van de koek mee te pikken. In de late middag stappen we in de open truck en gaan op game drive door het immense domein. Steenbokken, springbokken, damara dikdiks, giraffen, zebra's, elanden en neushoorns ontmoeten we op onze weg. Voor de terugtocht genieten we in het open veld van een gin tonic bij de ondergaandezon. In de schemering hotsen we daarna terug . In de lodge wacht ons een heerlijk diner met springbok en impala, heerlijk in stoofpotje of op de grill, opgediende in de half overdekte boma.
Als de avond is gevallen en de duisternis compleet is, stappen we terug in onze truck. Onder het deken van een schitterende sterrenhemel trekken we naar een bunker ergens op het domein. Veilig afgescheiden zijn we getuige van het avondmaal van 5 leeuwen. Brullend en vechtend verscheuren ze de karkas van een koedoe, sleurend en trekkend voor het grootste stuk. Als altijd is het de sterkste die wint, al heeft hij meer oog voor zijn concurrenten dan voor zijn deel van het vlees. Danig onder de indruk zoeken we terug onze bungalow op.
donderdag 29/09
Kilometervretend zijn we met onze bustruck op weg naar Mushara Lodge aan de ingang van Etosha park. We zijn keurig op tijd vertrokken en met amper één plasstop geraken we na ongeveer dik vier uur in onze lodge. Als we uitstappen valt de hitte ons op het lijf. In de ruime stemmige lobby bekomen we even van de bustrip met een glaasje ijsthee. We zoeken onze bungalow op, draaien snel de airco aan en schuiven kort daarna aan tafel voor een lichte smakelijke lunch op de veranda.
Twee uurtjes verpozing vullen we met een frisse duik in het heerlijke zwembad onder de bomen en een uurtje lezen en siësta. Ons bezoek nadien aan de Bosjesmannen, in een project door Duitsland gesteund, duwt ons met onze neus op bestaande toestanden van volkeren in het diepe afrika. 600 leden van de San leven hier in primitieve hutjes van takken en stro, op dorre vlakte en met weinig water. Het project ondersteunt deze families en brengt scholing voor de kinderen. Ondanks deze harde en barre omstandigheden zijn ze opgewekt en gastvrij. Het kleine liedjesrecital waarop een deel van hen ons op het einde vergast is eerlijk ontroerend in zijn samenzang.
Het is donker bij onze terugkeer en na opsmuk tafelen we rond 8 uur op de veranda, met open deuren in zomerse temperaturen. We maken het niet te laat, want morgen wacht ons een vroeg en druk programma.
vrijdag 30/09
Het is nog fris als we in de ochtendschemering, na een vroeg ontbijt, in onze open jeeps naar Etosha bollen. Even aanschuiven en na betaling voor de toegang door de driver stuiven we het park in richting Namutoni. Het landschap is hagelwit als heeft het de vorige nacht gerijmd. Het is echter kalkstof dat door wind en lange droogte een witte film op struik en plant heeft gelegd. Over hobbelige grindwegen razen of dralen we beurtelings op zoek naar de fauna uit het park. We spotten Damarra dikdiks, steenbokjes, massa's springbokken en rijzige giraffen. Aan een poel trekt een familie olifanten ons voorbij. Wat verder bemerken we een arend in de boom, of nog even later ontdekken we zebra's en gnoes. Een zwarte neushoorn staat aan dorre takken te knabbelen tussen de kale struiken. Gelukkig is hij vandaag niet uit zijn humeur. In het fort van Namutoni houden we een poosje halt met sanitair doel om nadien verder het park te doorkruisen en door het stof te stuiven, tot we bij onze terugkeer voor de lunch allemaal onder het kalkstof zitten. Snel een frisse douche voor de lunch, en dan een caesarsalad of een beefburger. Het anderhalf uur rust voor de volgende game drive gebruiken we voor een lekkere duik in het heerlijk heldere en frisse water en daarna een half uurtje lezen.
De avondsafari brengt ons eerst naar een poel waar we op badende olifanten stuiten. Ze krijgen vlug het gezelschap van een kleine kudde koedoes die zich komen laven, naast diverse bokjes en enkele giraffen. Op weg naar een andere poel treffen we nog prachtige vogels van diverse pluumage, een zwartrug jakhals en een kudde olifanten die zich aan de doornige struiken tegoed doet. Bij een volgende waterplas laven en baden twee hyena's zich, steeds alert voor een koppel giraffen die ook graag van het heerlijke nat willen gebruiken. Angstvallig houden ze elkaar voortdurend in de gaten. We toeren nog een poos rond, ontmoeten een heel gamma dieren en rijden rond half zes het fort van Namutoni binnen om op de vierkante toren van het avondlijke uitzicht en een gin tonic te genieten. De ondergaande zon schuift een gouden gloed op de schaarse wolken en kleurt koperen tonen op de einder.
Met een frisse douche spoelen we het witte kalkstof van onze bezwete lichamen, om nadien netjes met hemd en lange broek in de boma aan te schuiven voor de braai. De vuren laaien op en de houtskool gloeit onder de gietijzeren zwarte potten. We schuiven aan de lange tafel en smullen van voorgerecht en smeuig gegrilde koedoe en springbok. De nacht brengt een lichte verkoeling en lekker gegeten tafelen we nog een tijdje keuvelend na.
zaterdag 01/10
De nacht was rustig en verkwikkend en na ontbijt op het terras, rekening vereffenen, alweer onze truck in, deze maal voor een game drive tot Toshari Lodge. Voor de derde maal passeren we de Von Lindquist gate en nemen nog een korte stop, 12 km verder , in het Namutoni fort.
Voor deze middag is Halali als rustplaats gepland. We nemen de noordelijkste route langs de rand van de Etosha pan. Zoals ook gisteren rijden we temidden van kuddes springbokken, zebra's en gnoes. Via een kleine omweg treffen we drie grazende olifanten en trekken verder tot we plots een cheeta met haar jong kruisen. Twee jakhalzen volgen moeder en kind op de voet, blijven er tergend lang rond dralen, maar durven uiteindelijk toch niet aan te vallen. Aan één van de weinige stopplaatsen mogen we onze bus verlaten, en geven de dorre natuur een geutje van ons lichaamsvocht. We zijn aan de rand van de immense Etoshapan, een hallucinante leegte , een eindeloze dorre zoutvlakte zover onze ogen reiken. Het is als een zee van kalkzand tot aan de verre einder. Tuffend en hotsend over hobbelige grindwegen boren we ons door de stofwolken, spotten gnoes en talloze soorten grazende dieren. Iets vroeger dan gepland bereiken we het Halali fort. In afwachting van de lunch wandelen we tot aan de poel een eindje verderop. Iets hoger, zittend op een bank bij het view point, observeren we de koedoe's en impala's en de waggelende parelhoenen. Terug op het terras smaakt een frisse pint uitstekend en is het buffet ook lekker. Verder nu naar Okaukuejo.
Bij een poel, aan een oase met wat groen, stoten we op een solitaire leeuw amechtig snakkend onder de hitte . Springbokken houden respectvol afstand, maar een kudde olifanten drinken en baden zich ongestoord, bewust van hun sterkte. Ook de giraffen weten dat een eenzame leeuw hun met rust laat en laven zich onder de loden zon, voorpoten ver gespreid. Uit de bosjes aan de einder komt een neushoorn rustig gestapt om zich ook in het heerlijke water te kunnen dompelen. Tijd om verder te trekken en met een korte plaspauze in het fort van Okaukuejo sluiten we ons bezoek aan Etosha af en verlaten via de Anderssons poort het park.
Toshari lodge begint met hindernissen. Geen electro, geen handdoeken , een te warme douche en een zwembadje, meer bestemd voor thuisgebruik, scherpen de kritische geesten aan. De groep geeft blijk van flexibiliteit en aanpassingsvermogen. Rond zevenen scharen we te samen voor aperitief in de zitkuip aan het terras. Het diner is in buffetvorm en smaakt bij iedereen, maar mijn eetlust is magertjes. Tijdens de maaltijd vergast het personeel ons op hun zangtalent, hopend op een milde bijdrage in hun bote. Ik voel me echt niet lekker en als we naar onze bungalow wandelen valt de koorts heftig op mijn lijf. Rillend kruip ik onder de lakens en hoop dat de dafalgan in de nacht zijn werk zal doen
zondag 02/10
De nacht was nogal woelig en onrustig maar de koorts blijkt geweken. Toch nog wat voorzichtig zijn.Het ochtendritueel wordt een vaste gewoonte en op tijd zijn we op pad. Gedurende vijf uur bussen we over lege wegen, omgeven door onbewoonde bush, en begeleid door een koperen zon. Desolaatheid heeft hier zijn naam gevonden. Op de middag bereiken we het stadje Opuwo, blakend in de hitte. Herero en Himba vrouwen doen hun zondagse aankopen. We maken zo een eerste maal kennis met hun typische klederdracht. Onze bus kruipt via een stoffige steilte tot de poort van de Opuwo country Lodge. We begeven ons onmiddellijk naar het terras waar de tafel gedekt is voor de lunch. Het is heerlijk tafelen onder de lover en met voor ons een magnifiek panorama. We verpozen of zwemmen om het heetste van de dag te laten verzinken, alvorens we enkele kilometers verder op bezoek gaan bij een Himba kraal . Maria verwelkomt ons hartelijk, en leidt ons bereidwillig rond door de kraal. Kinderen van alle leeftijden en groottes spelen en rennen door de kraal terwijl mama's en tantes een oogje in het zeil houden.
Onze dames krijgen in een hut gepast uitleg over de wijze van tooien voor de vrouwen. Misschien straks zelf uitproberen ? Ondertussen schieten wij volop plaatjes. Van uit alle richtingen komen vrouwen en meisjes afgewandeld met een tas of een plastic zak. In een cirkel stallen ze hun waar uit, hopend op gulle en kooplustige bezoekers. Met wat bieden, niet te veel want het is hun wel gegund, vindt iedereen wel zijn gading bij de handgemaake houten popjes. Al zingend en dansend brengen de Himba's ons hun afscheidsgroet. Het gaat er na een lichte aarzeling best heftig en fors aan toe. Aan de bus schenken Bruce en Marc hun een flink pakket eten en flesjes water, zo hoognodig water om te overleven in deze dorre droogte. Best onder de indruk keren we terug naar de lodge waar we de dag met diner op het avondlijk terras afsluiten. Opladen van apparatuur en contact met internet lukt niet want de electriciteit valt met grote regelmaat uit. Hakuna Matata, dit is Afrika.
maandag 03/10
Zoals elke dag starten we stipt en dalen terug tot het dorp . In tegenstelling tot gisteren is het op maandagochtend een heel stukje drukker. Terwijl Bruce tankt, wandelen we een poos rond en doen wat inkopen in het supermarktje een eindje verderop. Iedeeen is verbaasd over de netheid en het grote assortiment dat er wordt uitgestald. Even plaatselijk winkelen, best een leuke ervaring.
Richting Sesfontein gaat het via een aardeweg door de bergen. Het is een vrij verlaten weg door Himbaland, met kronkelend pad op en neer, bochtig en stoffig. Gigantische baobabs vormen een heerlijk decor op de weg naar de Robbies pas. We schudden en hotsen over grondpad en bereiken de achterliggende vlakte. Af en toe maken we even halte om te benen te strekken en om van het landschap te kunnen genieten. Geen mens is er te zien , het is leegte zonder weerga, met alleen de natuur om ons heen. Even voor Sesfontein nemen we de afslag naar Khowarib, onze bestemming voor vandaag. Een eindje verderop gaan we winkelen in het plaatselijke winkeltje met annex café. De muziek blèrt er loeihard uit de boxen, zoadat Marc moet vragen een ietwat te dimmen zodat we mekaar kunnen verstaan. Sommigen shoppen, anderen verbroederen met lokale mensen aan de toog van de pub. Klaar voor het laatste eindje. Khowarib lodge is een verademing voor ons als stadsmensen, alles in openlucht, zand in overvloed, het centrale deel in huttenstijl en ons verblijf voor vanavond in een safaritent,met openlucht sanitair. Iedereen ordent een beetje zijn spullen in zijn tent, verkent zijn habitat en schuift nadien aan op het terras met hemels zicht op de omliggende bergen voor de lunch. Een heerlijke verfrissing en versterking later benutten we onze vrije uurtjes met ons te verfrissen aan het kleine zwembad . Het is echt niet groot maar het brengt ons soelaas in deze kokende hotpot.
In de latere namiddag rijgen we onze stapschoenen vast en wandelen met gids langs de rivierbedding. Het is op en af langs de oever, terwijl aan de andere oever een bende bavianen zich langs de helling ijlt. Op het verste punt wacht ons een campingstoel en vooral een gin tonic met versnapering, keurig opgediend door de veldkeuken van onze lodge. Zalig verpozen is dat. In fikse stap gaat het in de schemering terug naar het kamp. Netjes verzand als we zijn besluiten we om de opknapbeurt te laten voor wat ze is, het zou in dit zanderige kamp toch vergeefs zijn, en gaan haast onmiddellijk aan tafel op het terras. Gezellig in het duister en met kikkerorkest op de achtergrond en een sterrenhemel als plafond , praten en eten we de late uurtjes rond.
Ondanks de hitte overdag is het nu best fris, maar aleer naar bed te gaan laten we zuiverend en verfrissend douchewater over onze vermoeide lijven stromen. Nog even wat lezen en dan onder het muskietennet, oordopjes in tegen het kikkergekwaak en pitten.
dinsdag 04/10
De aardewegen vandaag zijn nog ruwer en stoffiger dan gisteren. Het is duidelijk dat dit geen toeristenpad is maar een prachtig stuk weg door haast ongerepte natuur. Het hobbelt, schudt en schuifelt door het mulle zand en over keien. We passeren een eenzame herder met zijn kudde boerbok en vetschaap. De volgende menselijke aanwezigheid is pas enkele kilometers veder aan de veterinaire controle op de weg, waar Himba vrouwen trachten hun eigen gemaakte prullaria aan de man te brengen. Na een poos verder gereden te hebben strekken we de benen en beklimmen een heuvelgtop. Het is best steil en we klimmen struikelend over de keien op het paadje, maar het uitzicht op de top maakt de inspanning meer dan de moeite waard. Langzaam dalen we af richting Twyfelfontein, en buiten wat verloren struiken stuiven we door zand, mul zand, heet zand, brandend zand. Met de stofwolk achter ons houden we halt aan het einde van een nog onmogelijker zijwegeltje, Mowani Mountain lodge. De site bevalt iedereen onmiddellijk, en bij de algemene gebouwen kunnen we meteen vaststellen dat dit een toplocatie is. Een fris drankje, een warm vochtig doekje voor het aangezicht, en na dat we ons hebben geregistreerd brengt een vriendelijke medewerker ons naar onze hut, verscholen tussen immense vervaarlijk hellende rotsblokken. De hut blijkt voor een deel luxe tent te zijn, echt luxe. Het zicht is adembenemend, en door het grote venstergaas kunnen we de hele regio overschouwen. We laten alles voor wat het is en haasten ons naar de restauranthut, waar we aanschuiven voor een lichte maar lekkere lunch. Een korte tijd genieten we van het feeërieke uitzicht van op ons verhoogd terras, maar staan allemaal te half vier paraat voor een bezoek aan de prehistorische rotstekeningen van Twyfelfontein. De wind die er over de vlakte waait maakt de warmte best draaglijk. Raymund, onze goedlachse en vriendelijke Damara gids leidt ons tussen de rotsen, toont de mooiste tekeningen en en geeft duidelijke duiding bij wat hij ons aanwijst. De orgelpijpjes, basalten uitgesleten zuiltjes, zullen we niet te zien krijgen, want de overheid heeft beslist om 17 uur het hek te sluiten. Van een nadeel een voordeel makend vleien we ons na aankomst op een hoge rots aan de lodge in een luie stoel of op lekkere kussens. Met een gin tonic in de hand laten we de zon zachtjes achter de rotsen verdwijnen, een zachtrode gloed op de horizon toverend.
Het wordt haasten om tijdig klaar te zijn voor het diner, met hapje , voorgerecht en een heerlijk stuk vlees als hoofdschotel. Onze buschauffeur Bruce vindt al die finesses maar apekool, maar het malse stuk beef laat hij zich smaken. Als we terug onze huttent opzoeken is het donker, met slechts een miniem sikkeltje maan. Boven ons aan het firmament staat een sublieme sterrenhemel te pronken, met melkweg en een ontelbaar schitterende flikkeringen, de één al helderder dan de ander. De grootsheid van dit schouwspel in een haast heilige stilte roert ons in de kleinheid van ons hele wezen.
woensdag 05/10
Na slechts een half uurtje in de bus ontmoeten we een koppel op een ezelskar. Bereidwillig laten zij ons hun op beeld vastleggen, enkele flesjes water zijn onze dank. We dokkeren verder, schokkend op onze zetels, over ellenlange rechte hobbelige zandwegels, kilometers aaneen, in een onbewoond landschap. Slechts hier en daar kruisen we enkele Damarahutten, weids uitgestrooid in een immens woestijnlandschap. Onze volgende stop maken we aan enkele kraampjes van Herero vrouwen. In hun prachtige kleren maken ze, met ouderwetse naaimachines en met geduldige en vaste hand, enig mooie popjes met hun typische klederdracht. Allen doen we een deeltje van onze souvenirvoorraad in en struinen een half uurtje , plaatjes schietend van oudere maar ook van prachtige meisjes, werkend en levend in een verlaten braadpan. Voor we een schnitzeltje met frietjes en een frisse pint als lunch gebruiken, rijden we nog een rondje om en bezoek de hut van een Damaragezin. De man legt ons het gebruik van vele van hun kruiden uit en laat ons nippen van zijn zelfgebrouwen kruidenschnaps. Zijn deur staat voor ons open en we kunnen een beeld krijgen van de wijze waarop zij leven. Primitieve hut en moderne communicatie als TV en GSM gaan moeiteloos samen.
Na de middag gaat de woestijntocht verder, over iets minder slechte wegen. We maken een ommetje langs Uis, waar Marc enkele spulletjes thuis ophaalt en we stuiven door het zand van de Namib woestijn richting Henties Bay. Bij een korte tankbeurt doen we snel nog enkele inkopen, wat snoep en frisdrank, en langs de kustweg onder bewolkte hemel, naderen we ons einddoel voor vandaag, Swakopmund. Het doet ons vreemd aan, terug auto's en vele mensen te zien. Sinds Opuwo reden we en verbleven we immers in een haast niemandsland. Even aanpassen aan de bewoonde wereld.
Als we aan het Swakopmund hotel uitstappen is het best frisjes, dat zijn we niet meer gewend na dagen in een braadpan te hebben vertoefd. Het is allemaal de fout van de Benguelastroom, die koud water vanaf de zuidpool langs de kusten stuurt, maar ook aan de zuidwestenwind, die anders dan bij ons, ook vanaf de pool voor kille wind en mist zorgt.
Op onze kamer hoeft vanavond geen airco en de douche is heerlijk warm. We blijven drie dagen dus kan de koffer eens worden uitgepakt en al een deeltje herschikt. De stemmige bar verleidt voor een lekker aperitief, gezellig met de ploeg in knusse zetels. Het avondbuffet is uitgebreid en voorzien van heerlijke hapjes en stukjes verse vis.
De dag was lang en de schudderit zit in ieders knoken, dus luieren we nog een poosje voor het dons ons toedekt voor een zalige nacht.
donderdag 06/10
Als we na het ontbijtbuffet richting Walrusbaai bussen, valt er zowaar miezer uit de mistige hemel en is het best kil, dus aan de jachthaven gaan de fliesjes en regenjasjes aan. Een tijdje wachten we op onze catamaran. Met 2 pelikanen als hostessen schepen we in en nemen vooraan op blauwe kussens plaats, menigeen met een plaid over de knieën. Een blijkbaar half getrainde pelsrob schuift aan boord voor zijn portie visjes. Ook een pelikaan heeft zin in zijn visje en landt op de linkse boegpreekstoel. Aan stuurboordzijde heeft Marc geluk dat een mantelmeeuw haar "dretske" vlak naast hem deponeert. Zachtjes op motor glijdt onze boot door de wijde lagune, op naar de overzijde waar de robben de landtong bevolken. Het is frisjes maar wel reeds zonder motregen, wat het een stuk leuker maakt. De baai ligt vol boortorens en werkloze olieschepen. Ze zijn vanuit Angola naar hier gevaren en gesleept, wachtend op hogere olieprijzen.
De robben duiken en tuimelen rond alle yachten die er ronddobberen, deze trip is blijkbaar een toeristische topper voor Walvisbaai. Een eind verderop zijn enkele dolfijnen gesignaleerd en ja, zij schurken zich tegen de huid van onze vlotters en tuimelen ferme sprongen , dus is iedereen alert en enthousiast. De koffie en de Namibische koffie hebben voor wat innerlijke warmte gezorgd, maar langzaam klaart ook de lucht en wordt het zachter. We verlaten even de lagune en varen een eindje de oceaan op. Als het tegen de middag aan loopt nodigt de schipper ons uit in de kuip achteraan het schip. We worden er vergast op fonkelwijn, oesters, heerlijke vishapjes en ander lekkers. Zoals steeds is de sfeer in "Marcs kwebbelgroep" opperbest en zorgt de schuimwijn voor nog wat meer ambiance. Deze ochtend kan alvast niet stuk.
Rond half twee zijn we terug in het Swakopmund, klaar voor een vrije namiddag. Iedereen geniet even van wat rust, verkent de stad en kuiert door de winkeltjes of vlijt zich ergens op een Duits terrasje, kortom een gezellig luie shoppingmiddag.
Voor het diner worden we in het Tug restaurant verwacht. We zitten op de bovenste verdieping in een op een stuurhut lijkende ruimte. Lekkere Noorse gerookt zalm als voorgerecht en succulente kabeljauw nadien, de kost is baie lekker. Er wordt verder gebreid op de sfeer van deze ochtend, en het wordt en hilarische avond, vol leute en plezier.
vrijdag 07/10
Vandaag blijft Bruce's truck op stal. We verkennen met drie 4 X4's de duinen tussen Swakopmund en Walvisbaai, gegidst door drie bekwame drivers. De bedoeling is om de fauna onder het zand van de duinen te ontdekken. Reeds na een korte wijl graaft één van hen een Namibische duingekko zomaar uit het zand, een mooi diertje. Een poosje later wordt voorzichtig met een hark in een onregelmatigheid in het zand gepeuterd. Een " Dancing White lady" wordt uit de bodem gepuurd. Niet aanraken want uiterst giftig. Het gaat zo een groot deel van de morgen door. Haast als zeilend over de hoge duinen en schuivend door het mulle zand maken we kennis met de Side Winder slang, leren daalderbos onderscheiden, verrassen een kameleon en een tor in hun struik, voeren wormpjes aan de Treck Chat, een lief vogeltje, en verbazen ons hoe vlug een hagedis wel is om zich terug in het zand te graven. De latere voormiddag toeren we genietend van de omgeving over de duinenruggen. Vermits er geen toiletten zijn in de zandomgeving en ook weinig bosjes ( voor de dames), keren we even terug naar het hotel voor een sanitaire stop, aleer we met onze zelfde auto's naar Moon Valley rijden, een uiterst grillige omgeving met verrassende structuren en vergezichten, honderden miljoenen jaren geleden gevormd door seismologische oorzaken. Het is ruim middag voorbij, dus tsjokken we even wat verder door de woeste natuur naar een oude Duitse boerderij. We schuiven aan op de houten banken onder het lover van een machtige boom. Snel schotelt de waard ons spiesbokschnitzel met aardappelsalade voor.
We benutten de namiddag om verder door een waarlijk uniek bergachtig en zanderig landschap op zoek te gaan naar de Welwitchia Mirabilis, een uiterst zeldzame prehistorsche plant. De exemplaren die wij van naderbij bekijken zijn meer dan 1500 jaar oud, en zullen nog honderden jaren door gaan, ook als wij er niet meer zullen zijn. De vulkanisch opgestuwde heuvels van de omgeving zijn gelaagd en doorspekt met doloriet, ijzerhoudend gesteende. De grillige vormen en het kleurenpallet laten ons met bewondering de natuur in ons opnemen gedurende de hele tocht. Nog een keer halt houden aan een View point en dan keren we terug naar het Swakopmund waar we enkele uurtjes voor onszelf hebben voor het avondbuffet. Een prachtige dag, schuivend door de duinen en het zand.
zaterdag 08/10
Als de koffers zijn gepakt en geladen, verlaten we Swakopmund voor een volgende dag door ruwe en prachtige natuur. Het eerste uur is vrij monotoon, rijdend door de uitloper van de Namib woestijn. De ochtend was bitter koud en nog steeds hangen lage wolken boven de einder. Stilaan stijgen we hoger en hoger, en op een eerste eilandberg, aan het begin van Kuiseb pas houden we een korte stop voor het panorama en het ontdekken van de kokerboom. Verder gaat het over stoffige zandwegen op en af langs unieke rotsformaties . De droge bedding levert enige plaatjes op, groots in hun ruwheid. De weg glooit verder en we stuiven door en waden door de Gaub rivier, helemaal droog en dor. Rondom ons merken we bergzebra's, spiesbokken en struisvogels, allen bestand tegen lange droogte. Terug boven kunnen we een blik werpen op de canyon, uitegslepen door miljoenen jaren erosie.
Enkele kilometers bezijden van de weg gaan we lunchen bij Rock’s Rust, een kleien lodge tegen de bergwand aangekleefd. Het middagmaal is best lekker en er waait een verfrissend briesje dat de warmte in bedwang houdt, warmte die alweer ons gezelschap heeft opgezocht. Enkele stokstaartjes, weliswaar in een omheinde weide, vormen een extra attractie. Met gevulde maag en een wijntje achter de kiezen is het rustig na de middag. iedereen dut tot we Solitaire bereiken, zoals de naam aanduidt een eenzame rustplaats in de immense verlaten woestenij. De appeltaart geldt hier als specialiteit, en ze is best lekker, maar ook de koffie, echte koffie uit de espressomachine, is zeker niet te versmaden na al die doorlooptassen koffie van overal. Nog een 70 kilometers door het Namib Naukluft National Park op en af draaien en keren voor we in de Sossusvlei Lodge arriveren. De bungalow-tenten liggen over grote oppervlakte verspreid in de open zandvlakte. Als we onze tent via het terras verlaten staan we midden in de natuur tussen grazende spiesbokken. Na korte verkenning verpozen we onder onze tentluifel en maken ons op voor avondbraai op het grote terras. Er is zeer veel volk, anders dan we gewoon zijn in vorige overnachtingsplaatsen waar we meestal haast alleen zijn, wat we wel gezelliger ervaren. Als de zon achter de kim is verdwenen wordt de westenwind fris en voelbaar krachtiger zodat we het niet laat maken. Alles klaar leggen voor morgen, want het wordt opstaan bij het krieken van de dag.
zondag 09/10
De hemel kleurt nog donker als we vroeg ontbijten. Rond zeven uur gaat de rit het park van Sossusvlei in. De lage ochtendzon tovert mooie schaduwen op de okeren duinen en rotsen die de pan van de Tsauchab vallei omzomen. We zijn niet alleen vandaag, massa's trucks en jeeps rijden, snelheid keurig gelimiteerd, allen richting de parking aan Death vlei, waar wordt overgestapt in 4 X4’s of, zoals wij , op een oplegger achter een tractor, die ons schuivend en proestend door het mulle zand zes kilometer verder naar Sossusvlei brengt, een gigantische kleipan. Omgeven door okerrode duinen en begroeid met enige kameeldoornbomen vormt het vaalgele hart een mooi contrast met de omringende natuur. Fluks klimmen we de messcherpe duinkam op richting Big Mama. Het is zwoegen om hogerop te geraken. De reeds matige wind komt plots in volle hevigheid opzetten en een korte maar pittige naderende zandstorm dwingt ons op te geven en snel af te dalen. Het zand zit ondertussen in onze schoenen, onze haren en plakt over ons hele lichaam. Met onze zelfde tractor puffen we als het ware terug tot aan Dead Vlei. In de pan waait de wind iets minder hevig. Door het rode stof en over de grijsgele kalkresten wandelen we tot aan de pan met de dode kameeldoornbomen. De witzwarte kleurschakkering leent zich tot mooie echtparenplaatjes, bereidwillig geschoten door Marc. Spiesbokken zoeken de toppen op om wind te vangen maar een doldwaze wandelaar vergalt de dieren hun plezier en ze rennen vluchtend weg. Terug naar de parking in sneltempo met de jeep, om dan via Dune 45 het kamp te verlaten en net voor de lunch af te dalen in de feeërieke Sesriem canyon. Een geheel scala van rotsen en kloven gevormd door de rivier laten ons wandelend van dit stuk oernatuur genieten.
In de namiddag worden we iets na drie uur verwacht in het adventure centre, waar men ons komt ophalen voor een uurtje cesnavlucht over de vlei en de duinen tot over de oceaan en terug. Prachtige duinschakkeringen, een felle branding tegen een zandmuur en een immens woestijnlandschap schuiven de gehele tijd onder ons door. Kleurenpaletten variëren in deze haast oneindige zandvlakte. Even voor de landing vliegen we over een merkwaardig natuurverschijnsel, kale cirkels in een begroeid gebied. Wat en hoe en waaarom is nog altijd niet gekend maar het blijft een vreemd iets. Na ons is het aan onze volgende ploeg, zodat we pas rond zeven uur terug voltallig zijn. Voor het diner klinken we met fonkelwjn op Faas, het pasgeboren kleinzoontje van Greet. Moge hij lang en gelukkig leven!
Lekkere wildsteaks liggen op de braai. De avond is zacht en we tafelen gezellig een stuk in de avond. De Namib Naukluft bezorgt ons enkele fijne woestijnbelevingen.
maandag 10/10
In alle vroegte ondergaan we de stilte over de vlakte achter onze tent bij het krieken van de alweer zonnige dageraad. We rijden door het immense Namib Rand Nature Reserve, maken in dit weidse lege gebied enkele fotostops en luisteren (meestal) naar de kundige en ophelderende commentaar van Marc, die ons over de recente politieke geschiedenis onderhoudt. Nu eens gaat het door vlakten met bergen in rode gloed aan de horizon, dan weer klimmen en dalen we tussen heuvels en rotsen van het Tsarisgebergte. Rotswoestijn afgewisseld met wat eenzame bomen en dorre struiken zijn het decor. In het piepklein dorpje Betta vullen we onze koekjesvoorraad aan en dan gaat het tot de lunch in Helmeringhausen, een onooglijk gat in de grote leegte. Verder gaat het via de Rooirand en de omringende vlakte dikke honderd kilometer tot Aus Vista lodge. Met een welkomstdrankje, en na humoristische duiding door Nakale, gaan we een uurtje lekker niksen op het terrasje van onze nette en leuke bungalow midden in de rotsachtige natuur.
De nature drive in de late middag brengt ons niet veel nieuwigheden bij. We toeren door het Reserve met een oude Kuifjestruck en bekijken enkele planten en bomen. Met een gids als Marc kunnen deze knapen ons niet veel meer bijbrengen, maar de rit door de wijde natuur bij valavond tovert zachte pasteltinten op de weiden en de bergen en het is leuk rondtoeren. Bij ondergaande zon is het tijd voor ons schemerkelkie, gin tonic of een wijntje met hapjes allerhande. Verwend? jazeker! Bij het eind van onze drinkstop schuift de zon zachtjes achter de verre heuveltoppen en baadt de omgeving in een kaleidoscoop van geel oranje en rood. We hebben al enkele van deze feeërieke momenten gehad, maar de coloriet van deze sunset slaat toch wel alles.
Het wordt snel wat frisser, we trekken een fleesje aan en tsjokken met onze safarijeep rijden we in het schemerdonker terug naar de lodge, onderweg nog enkele wilde paarden kruisend, recht naar het restaurant. Alweer is het gezellig tafelen en de leute kringelt rond de tafels. Nogmaals een mooie reisdag, met heel wat kilometers en wisselende omgevingen, in een land vol verrassingen en uitdagingen.
dinsdag 11/10
De weg van Aus naar Lüderitz loopt 120 kilometer kaarsrecht naar het westen, met in het noorden de immer aanwezige Namib woestijn en in het zuiden het Sperrgebiet. Dat is uiteraard ook woestijn, maar verboden gebied. Dit is het terrein van de diamantmijnen en vermits zij weten dat er aan de oppervlakte nog zomaar steentjes te rapen vallen, mag je er natuurlijk niet in. We zijn gewoontegetrouw te 8 uur
vertrokken en vermits hier, zoals overal, nauwelijks verkeer is, gaat het ferm vooruit.
Het verlaten stadje Kolmanskopp is onze eerste stop voor vandaag. Dit stadje is gebouwd in begin van de vorige eeuw door Duitse mijnbouwers. Van casino over kegelbaan tot gymzaal en huis van lichte zeden, alles was hier aanwezig. Groot is het niet en de sociale controle moet hier verstikkend geweest zijn. Het heeft niet lang dienst gedaan,het werd in 1956 verlaten, want toen het centrum van de diamant zich naar Oranjemund verplaatste, werd het leeg ten prooi gelaten aan zand en wind. Rond half tien worden we rondgeleid door Jani , de engelstalige gids. Nadien hebben we nog ruim tijd om op eentje door alle gebouwen rond te dwalen om ons te vergapen aan de desolate verkrotting van een eens zo bloeiend centrum.
De enkele kilometers tot de kust overbruggen we in geen tijd. Een korte tijd beklimmen we een heuveltje aan de waterkant. Van daaruit hebben we een mooi zicht op de haven. De wind waait matig en is best verfrissend. Lunch nemen we nadien in het Nest hotel - best wel lekker- en nadien laten we onze kar staan en wandelen een eindje door de pittoreske straatjes van het havenstadje. We besluiten met bezoek aan het Goerke Haus, een mooie art deco villa uit de vorige eeuw.
Voor we de terugreis naar Aus aanvatten, maken we nog een ommetje van 20 kilometers tot aan het Diaz kruis. Diaz was een Portugese zeevaarder die hier aan land kwam en met dit kruis een claim op het land legde. Achteraf hebben de Amerikanen die claim vlotjes van de kaart geveegd. Het waait er met
8 bft en het is tegen de stormachtige wind in duwen om boven op de rots te raken. Stevig op de benen staan is de boodschap. Nadien wordt de rest van de terugweg naar Aus in stilte afgelegd en menigeen profiteert ervan om een uiltje te knappen.
Het is vrij laat als we terug in de lodge komen. Nog een uurtje voor een opknapbeurtje en met een aperitiefje vooraf sluiten we de avond gezellig, vrolijk, en soms wat luidruchtig en lachend af. Nadien nog een poosje lezen in onze bungalow en morgen wacht de volgende trip.
woensdag 12/10
Alweer is het zonnig en winderig in Aus. Onze bungalows liggen zachtglooiend op een heuvel, en de zon komt zachtroze over de daken piepen.
Het eerste deel van onze trip loopt over zachtlopend teerpad. Voorbij Seeriem verlaten we de “grote” weg en op grondpad gaat het naar de Fish River canyon. Haast de hele weg volgen we de spoorlijn, waar we echter gedurende de hele reis nog geen enkele trein hebben ontmoet. Wellicht volgend jaar, dixit Marc.
Met een korte stop aan een containershopje en een bezoekje aan de graven van 2 Duitse soldaten die eertijds onder een kameeldoornboom zijn begraven, onderbreken we even de meer dan honderd kilometer naar onze lodge. Het is hoog noen voorbij als we onze bestemming bereiken, dus voor alles gaan we direct aan tafel.
Het resort heeft zeker geen gebrek aan water. Frisgroene grasvelden en mooi groeiende planten zijn een opvallend verschil met alle vorige woestijnlodges. Klipdassen springen schichtig weg en de oryxen galopperen verschikt als iemand ze te dicht nadert. Een zweepslang glibbert snel weg over het paadje en zoekt rust tussen de rotsen. Het uitzicht aan het zwembad, op wandelafstand van de bungalowtuin, is betoverend, en met de voetjes in het water is het zalig vertoeven. Greet, Monique en Marie Louise en ikzelf, alias de oude K3 ‘hoe oud?’ en de manager. Grapje van Wim.
Even voor valavond gaan we terug op pad en begeven ons enkele kilomters verder naar de Fish River canyon. Miljoenen jaren erosie hebben de rivier 450 meter in het plateau gegraven.
Het restje water in sommige kleine meertjes in de bedding is wat rest van een trotse rivier bij regenval, helaas reeds enkele jaren geleden. Rustig wandelen we naast de kliffen van view point naar view point. De ondergaande zon werpt reliëfschaduwen op de ingegroefde diepten , waar aloë vera's en kokerbomen de bodem sieren.
Met de zon in de rug snellen we terug naar de lodge, nog even halt houdend om het licht in gulden glans te zien verdwijnen achter de heuvels. In schemerdonker bereiken we onze bestemming en zonder verpozen schuiven we aan voor ons avondkostje. Daarna is het meer dan tijd voor een lekkere douche en wat avondrust voor het slapengaan.
woensdag 13.10
Het is zalig ontwaken in een haast sacrale stilte. Een oase van rust omhult het park en de omringende bergen. Na koffers buiten en het normale dagelijkse ritueel beginnen we aan een heuse lange rit naar Stampriet, vele honderden lange kilometers ver. Slechts 2 korte plaspauzes gunnen we ons . In het Kalahari Farmhouse valt het uitbundige groen op, blijkbaar een oase in de woestijn. Alsof het met half twee niet laat genoeg is, duurt het een vol uur om een kleine salade te bereiden. Ondertussen zijn de koffers in onze hut, en in de namiddag maken we dankbaar gebruik van twee uurtjes break om wat uit te rusten. Het moet ook gezegd dat Bruce een fantastische chauffeur is, volgens Marc de beste uit Namibië. We beamen dat met klem na zoveel bewijs ervan.
Rond vijf uur verzamelen we in de stoelenkring die het lodge-personeel heeft gevormd. In het midden staat een tafel met veelbelovend lekkers: hapjes, kaasjes en glazen. Flessen wijn, gin en blikjes tonic zwemmen in een ton met ijs en water, lekker koelend. Nadat Marc het eerste rondje heeft ingeschonken is het tijd om bij een lekker glas een afscheidwoordje te plegen.
Beste vrienden,
Namibië, ik heb even gereflecteerd over onze reis
- Het begon al met katutura, wat een woord, een uitspraak die alle kanten opkan, zelfs tot tarara, amai
- ’s anderendaags een ellenlang teerpad tussen de afsluitingen van de farms tot Etjo mountain waar olifanten, waterbokken, nijlpaarden en apen ons aan de andere kant van de plas opwachten.’s Avonds worden we vergast op het voederen van de leeuwen met de karkas van een koedoe. In feite was dit een verwittiging van Ada, gedraag u of kijk wat uw lot kan zijn.
- Etosha : kalkzand en stof hebben we gevreten, er was veel kaal doornbos , massa’s grazende kuddes en op de toren was er gin tonic.Na de verwittiging van gisteren werd er vandaag een recept voor onze gezondheid gegeven. Tonic, met kinine tegen eventuele koorts, en gin, alcohol dus, als ontsmettend middel voor ons innerlijke
- We maakten kennis met vele soorten, maar allemaal mooie meisjes : Besmeerde Himba’s, mooi opgedirkte Herero vrouwen, een knappe Damara meid en een pittige Nana in Aus. Remember Quinita. Er is op deze reis echt aan ons mannen gedacht.
- Namibië laat zich beschrijven met enkele “heid” woorden, weidsheid, eenzaamheid, verlatenheid, verscheidenheid, hardheid, grootsheid, oneindigheid, en absolute schoonheid
- We reisden via prachtige wegen van zand en grind over hoge bergpassen en droge rivierbeddingen, omringd door opmerkelijke bomen en endemische struiken, begeleid door zebra’s, springbok, oryx, kudu, steenbok, boerbok en vetschaap
- We betrokken steeds aparte lodges, sommige MET haardroger, sommige zonder, Sommige MET wifi andere weer zonder
- Namibië, dat zijn onvergetelijke wondermooie zonsondergangen, de beste gespoeld met …. Gin en tonic
- Namibië greep ons bij de keel, ontroerde en is een ervaring om nooit meer te vergeten. Dit alles kan alleen maar als je een goeie gids hebt. MAAR wat is dat, een goeie gids?
- 1) hij moet knap zijn
- 2) hij mag niet te jong zijn – gezien de gemiddelde leeftijd van de AdA groep
- 3) hij met ervaring hebben om met die bereisde toeristen om te gaan
- 4) hij moet veel geduld hebben
- 5) hij moet over organisatietalent beschikken
- 6) hij moet wel wat kennen over Malawi en Rock shandy
- 7) hij moet de dames kunnen charmeren en ondertussen hun mannen op hun gemak stellen
- 8) hij moet humor hebben
- 9) hij moet de geschiedenis beheersen, van miljoenen jaren terug tot vorige week
- 10) hij moet zijn ploegske ook een beetje graag zien
- 11) hij moet gekwebbel en getater kunnen verdragen
- 12) hij moet gin en tonic lusten
- 13) het belangrijkste echter : hij moet het land, zijn mensen, zijn, dieren en zijn natuur HEEL graag zien
Nu volgt de hamvraag, het antwoord van de jury. Wie vindt dat Marc NIET aan de vereiste voldoet blijft rustig op zijn stoel zitten, maar wie vindt dat Marc WEL aan alle voorwaarden voldoet staat nu recht, en geeft hem een staande ovatie.
Er volgt een luid en gemeend langdurig applaus voor Marc. Hij is er zowaar een beetje van zijn melk door. We spoelen de gedachten verder door met een volgende gin tonic en genieten verder van de sundowner, keuvelend, lachend en grappend.
Het afscheidsdiner even later verloopt uiteraard in een opperbeste sfeer. De lodge is integraal van ons en al is de tafel zeer lang, de gesprekken golven van de ene naar de ander zijde. De witte wijn staat koel en de rode fonkelt robijnrood in de glazen. Lang na de maaltijd wordt nog doorgekeuveld, het lijkt wel of iedereen zo lang mogelijk de toffe sfeer van deze fijne groep wil vasthouden.
vrijdag 15/10
De koffers zijn nu echt keurig gepakt, want het is de ultieme keer voor deze reis. Een kwartiertje vroeger dan anders verlaten we de Kalahari lodge. Vroeger zijn is voor deze groep nooit een probleem, want elke dag is iedereen vroeger en vroeger op het appel, iever paraat voor de komende dag. Ver gaat het het eerste deel niet. Twintig kilometer richting Mariënthal hebben we afspraak in de Kalahari Anib lodge, waar twee open jeeps met ranger op ons wachten. De hele morgen cruisen we door de semi woestijn, door de vaalgrijze vlakte van de rivierbedding en over de okerrode duinenruggen, sheppard trees en smelly sheppard trees bestuderend, immense sociable weaver nesten bewonderend. We houden halt bij een boom die haast volledig is volgestouwd met gigantische nesten. Uitstappen om er onder te gaan kijken is af te raden, want eronder wemelt het van zebraslangen en black mamba’s. Op onze tocht ontmoeten we springbokken, struisvogels een familie koedoes, mama en baby giraf en een kudde elanden. Het verschil tussen hun en ons? Zij zijn een kudde, wij een bende… Op de top van de hoogste duin houden we een poosje halt. Terwijl wij van het panorama genieten toveren Joseph en zijn maat ons een tafel met koffie, thee frisdrank en versnaperingen tevoorschijn. Het heeft iets magisch, in de heerlijk zachte ochtendzon koffie slurpen en koekjes snoepen temidden van deze immense, betoverend mooie natuur. Lekker relax struinen we nog wat over heuvel en vallei, nog een wijl Namibië op zijn mooist tot ons laten doordringen.
Terug in de lodge heeft Marc twee kamers gereserveerd, waar we ons nog even kunnen opfrissen en onze reisoutfit voor de terugvlucht aan trekken. Nadien nemen we nog een aperitiefje, gin tonic en Malawi shandy – hoe kan het anders – en schuiven onder een reusachtige palmboom aan voor een lichte lunch, een ham en kaas toast met frietjes of een springboksalade, of iets anders lekkers. We slenteren nog een poosje over het domein, snuisteren even in het lokale winkeltje en luieren in de schaduw van het terras tot het tijd is voor het laatste eind van de rondrit. Het gaat weer over hobbelig en zanderig grondpad. Het eerste deel is het muisstil in onze truckbus. De meesten doen een dutje en anderen mijmeren dromerig over die voorbije mooie weken. De C15 weg slingert via Uhlenhorst en Garib Ost naar Dordabis waar Bruce de tank nog een keer vol gooit. In het gore winkeltje wordt nog een drankje gekocht. De kleine boodschap doen we liefst in volle natuur, die netter is dan het plaatselijke toilet. Het dorpje was vroeger gekend voor Karakoelschapen en hun Swakara wol. Sinds de verkoop hiervan is teruggevallen blijkt dit plaatsje het dorp met het grootste drankmisbruik van heel Namibië te zijn. Enkele voorbeelden zien we rondhangen bij het tankstation.
Tijdens het ultieme stukje is het Marcs beurt voor zijn eindbetoog. Vlotjes overloopt hij de highlights van de reis. Zijn eindappreciatie en dank zijn echt gemeend. De onze eveneens en torenhoog. Bij het uitladen van de valiezen is het tijd om Bruce te groeten en te bedanken voor het feilloze parcours dat hij met ons heeft afgelegd Hij was een topchauffeur, maar ook een fijne kerel. We wisselen een ferme knuffel en warme handdruk. “Bruce, als de zon opgaat in België zullen we aan je denken man “. “als de zon kom hier bi ons zal ik aan jou denk man. Baie dank, ik zal jou nie vergeet nie”. Gemeende en ontroerde uitgewisselde afscheidsgroet .
Het inchecken verloopt vlotjes, al moeten we opletten bij het ingeven van de koffers. De balieman meldt Frankfurt op zijn label. Gelukkig heb ik het in de mot en kan ik tijdig ingrijpen. Marc houdt er daarna een oogje op. Voor Greet was het kwaad al geschied. Met een bereidwillige boy dus even terug naar de balie, waar het euvel zonder probleem kan worden verholpen.Nog een hapje en een glas, nog een wijltje wachten en dan de Airbus van Air Namibië in voor de vlucht naar Frankfurt. Eenmaal boven is er aperotime en volgt een licht maal, daarna wordt het licht gedempt en slaapt, of tracht tenminste , iedereen tot de vroege ochtend boven Europa.
Zaterdag 16/10
Half zes gaat het licht aan, klein ontbijtje en we zetten voet aan de grond in Duitsland.
Fons gidst en zonder de minste aarzeling passeren we alle controles en incheckmanoeuvers. We hebben nog tijd zat aan gate A40. Op het vliegtuigje is het wachten op laattijdige koffers van enkele transitpassagiers en met lichte vertraging bereiken we Zaventem. De landingsbaan is warempel nat!
Aan band 3 is het ogenblik daar om afscheid te nemen, een stevige handdruk en gemeende zoenen en een oprecht dankuwel aan iedereen.
Een laatste gedachte?
AMAI , DAT WE DA NOG MOGEN MEEMAKEN
Jacques van Dam