Transkaukasië

We vertrekken vanuit Brussel naar Bakoe. Na onze aankomst op de internationale luchthaven van Bakoe gaan we naar het hotel. We overnachten in het hotel WINTER PARK.

Na het ontbijt gaan we op verkenning in de stad Bakoe. De naam Bakoe zou komen van het oude Kaukasische woord ‘bak’, dat zon of god betekende. Door de grote aanwezigheid van olie en gas in de bodem ontbrandde de aarde hier namelijk vaak spontaan. Duizenden jaren geleden was de stad dan ook een centrum van vuuraanbidders. In de 19e eeuw begon de commerciële exploitatie van olie en ontpopte Bakoe zich als een echte ‘Oil Boom Town’. We beginnen onze verkenning vanop het hoogste punt van de stad waar we genieten van een panoramisch uitzicht. Onder ons ontvouwt zich de Kaspische Zee. We zien de oude stadskern, moderne wolkenkrabbers en af en toe de azuurblauwe koepel van een moskee. Hierna zetten we onze stadsverkenning verder met de weelderige huizen van rijke oliemagnaten uit de 19e eeuw en met de oude stad, die is opgenomen in de Unesco werelderfgoedlijst. We nemen er een duik in het verre verleden. In de 15e eeuw begon de glorietijd van Bakoe toen de Sjahs van Shirvan, na een zware aardbeving in het noorden, hun hoofdstad naar hier overbrachten. We bezoeken hun paleis en bewonderen de buitenkant van het symbool van Bakoe, de mysterieuze 12e-eeuwse Maagdentoren. Na de lunch brengen we een bezoek aan het schiereiland Absheron. Hier ontdekken we waarom vuuraanbidders in Bakoe aan het juiste adres zijn. We bezoeken er Atashgah, de tempel van het vuur. Deze werd in de 18e eeuw gebouwd door Indiërs, aanbidders van Shiva, maar de site was op dat moment al eeuwen een heilige plek voor het Zoroastrisme. De natuurlijke gasbel, waar de tempel op werd gebouwd, is al lang leeg, maar de gasmaatschappij van Bakoe zorgt ervoor dat de vuurhaarden af en toe worden aangestoken voor bezoekers. Daarna wacht ons nog meer vuur: de meeste natuurlijke brandhaarden zijn dan wel vanzelf gedoofd door de industriële exploitatie van de olie- en gasvelden, maar de berg Yanardag brandt nog steeds. De tien meter lange muur van vuur is een heel vreemd gezicht. Na het diner in een lokaal restaurant overnachten we in het hotel. (O,L,D)

Na het ontbijt rijden we naar Gobustan. We rijden langs de Kaspische Zee en zien de rotsen van het Gobustan Nationaal Park al van ver liggen in dit barre, droge landschap. Duizenden jaren geleden lagen deze rotsen op de bodem van de Kaspische Zee. Toen het peil van de zee daalde, werden de grotten en spelonken een ideale woonst voor jagers en verzamelaars uit het Neolithicum. Deze oude samenleving liet honderden rotstekeningen achter in dit gebied. We bewonderen er enkele en daarna verkennen we met enkele oude sovjet auto’s de moddervulkanen van dit gebied. We horen het pruttelen van de modder in de krater en staan stil bij dit bijzondere natuurverschijnsel. We rijden terug naar Bakoe voor de lunch en daarna begeven we ons naar het modernere deel van de stad met als architecturale parel: het Heydar Aliyev Center, ontworpen door de architecte Zaha Hadid. Hierna brengen we nog een bezoek aan het tapijtenmuseum, een andere parel van de moderne architectuur. We dineren in een lokaal restaurant en maken er tijdens de folklore show kennis met Azerbeidzjaanse dans en muziek. We overnachten in het hotel. (O,L,D)

Na een goed ontbijt beginnen we aan een lange reis richting Sheki. We volgen de oude noordelijke karavaanroute van Bakoe naar Tbilisi. De route neemt ons mee langs afwisselende landschappen, van dorre woestijn tot groene bossen, granaatappelboomgaarden en alpiene weides. Onze eerste stop is in het dorpje Mazara, waar we het mausoleum van Diri Baba bezoeken. We zetten onze route verder tot in Shemakha. Van de 9e tot de 18e eeuw was dit de hoofdstad van de Sjahs van Shirvan en een belangrijk handelscentrum. Onze volgende stop is, als de weersomstandigheden het toelaten, in het bergdorpje Lahic, dat eeuwenlang zijn cultuur en taal heeft weten te bewaren. Na de lunch zetten we onze route verder en als de tijd het toelaat houden we nog halt in het dorpje Nidzh. Daar kunnen we de lokale Udin gemeenschap ontmoeten, afstammelingen van de Kaukasische Albanezen. ’s Avonds komen we aan in Sheki, een van de oudste steden van Azerbeidzjan en vroeger een belangrijke plaats op de zijderoute. Ze ligt te midden van heuvels vol eikenbossen, en is nog steeds befaamd om haar zijdeproductie. We dineren in een lokaal restaurant vooraleer we naar het MARXSAL RESORT & SPA gaan voor de overnachting. (O,L,D) 

We ontbijten in het hotel en maken daarna een stadswandeling in Sheki, een van de mooiste stadjes van Azerbeidzjan. Sheki was ooit een belangrijke marktplaats langs de zijderoute. We bezoeken het pittoreske oude centrum, de typische bazaar en een oude Karavanserai, een historische overnachtingsplaats voor karavanen langs de zijderoute. Ook bezoeken we het elegante zomerpaleis van de Khans van Sheki. Het hele interieur is kunstig beschilderd tot in het kleinste hoekje. We laten ons bekoren door shebeke-ramen van meerkleurig glas gevat in hout. Daarna bezoeken we een glasatelier, waar een shebeke-meester ons inwijdt in zijn glaskunst. Na de lunch nemen we plaats in oude sovjetauto’s voor een unieke entree in het oude dorpje, Kish. We nemen een kijkje in een mooi gerestaureerd Albanees kerkje en nemen een kopje thee in een lokaal theehuis. Vervolgens keren we terug naar Sheki, waar we van wat vrije tijd genieten voor ons diner in een lokaal restaurant en de overnachting in het hotel. (O,L,D)

Na het ontbijt rijden we de grens over naar Georgië. Onze Georgische ontdekking begint in de bekende wijnstreek Kakheti. We brengen een bezoek aan een wijnmakerij in deze regio. We leren er bij over Georgische wijnen en proeven er uiteraard ook enkele. We maken er ook kennis met de lokale keuken en helpen bij het bereiden van enkele lekkernijen zoals chinkali, chatsjapuri, Georgisch brood en tsjoertsjchela. Met een heerlijk gevulde maag bezoeken we een van de weinige kvevri-makers van Georgië. Kvevri zijn grote aardewerken vaten die worden gebruikt voor de gisting, opslag en veroudering van traditionele Georgische wijn. De kunst van het kvevri maken is Unesco werelderfgoed. We proeven wijn die bewaard werd in een dergelijke kvevri en degusteren ook tsjatstja, de typische Georgische sterke drank. Voor we naar Telavi gaan houden we nog halt in het landhuis van de 19e-eeuwse dichter en edelman Aleksander Tsjavtsjavadze. De Tsjavtsjavadze’s waren een van de meest getalenteerde en machtigste adellijke families in heel Georgië. Bij aankomst in Telavi gaan we naar het CHATEAU ARTWINE voor het diner en de overnachting. (O,L,D)

Na het ontbijt kuieren we even over de lokale markt voor we verder rijden richting Tbilisi. Onderweg bewonderen we in het Bodbe klooster oude fresco’s en groeten we het graf van de heilige Nino van Cappadocië, die in de 4e eeuw Georgië kerstende. Het nabije, pas gerestaureerde vestingstadje Signagi torent als een adelaarsnest op een steile rots, 750 meter boven de vallei van de Alazani. Bij helder weer zien we de besneeuwde bergtoppen van de Grote Kaukasus. Deze regio heeft het hardst te lijden gehad onder verwoestende invasies van Perzen, Turken en Mongolen maar ook van Dagestaanse hooglanders, die in barre omstandigheden leefden en voor wie raids op de rijke vlakte soms de enige manier was om te overleven. De muur die in de 18e eeuw rond het stadje werd opgetrokken in een poging om deze ongenode gasten buiten te houden, is tot vandaag behouden. We kuieren even door de charmante straatjes van dit karaktervolle stadje vooraleer we verder rijden naar de hoofdstad van Georgië, Tbilisi. Hier dineren we in een lokaal restaurant en nemen we onze intrek in het MUSEUM HOTEL. (O,L,D)

Na het ontbijt trekken we de oude stad in. Deze ontstond aan de voet van de citadel Narikala, nadat in de 5e eeuw koning Vachtang Gorgasali zijn hoofdstad overbracht naar Tbilisi. Zijn ruiterstandbeeld troont hoog op de rotsen boven de Mtkvari of Koera rivier. Beneden aan de Mtkvari komen we 17e-eeuwse badhuizen tegen, een synagoge, een moskee en een Armeense kerk. De sfeer is hier nog net zo levendig als eeuwen geleden, toen Arabieren, Grieken, Joden, Perzen, Turken en Armeniërs hier alle goederen aanboden waar je maar van kon dromen. Hier klopt het hart van het Euraziatisch continent. Bovenop de heuvel Narikala bezoeken we het standbeeld van Moeder Georgië. Zij is het symbool van het land en zijn zo geroemde gastvrijheid. Vanop de vesting van Narikala hebben we een panoramisch uitzicht over de hoofdstad. Na de stadswandeling genieten we van een lekkere lunch en brengen we een bezoek aan het Nationaal Museum waar we het beroemde Goud van Kolchis zien. ’s Avonds dineren we in een lokaal restaurant vooraleer we terugkeren naar het hotel voor onze overnachting. (O,L,D) 

Vandaag rijden we na het ontbijt noordwaarts richting Grote Kaukasus. Onze dag begint met een bezoek aan Mtskheta, de oude hoofdstad en het religieus centrum van Georgië. Hier werd in 337 het christendom uitgeroepen als staatsgodsdienst. We bezoeken het klooster Dzjvari en de kathedraal Svetitschoveli, beiden Unesco werelderfgoedsites. Waar Dzjvari ons een gevoel geeft van verbondenheid met de natuur, laat de kathedraal een overweldigende indruk na van 11e-eeuwse religieuze pracht en praal. Met een picknicklunch bij de hand zetten we onze route verder naar het machtige Kaukasusgebergte via de beroemde en beruchte Georgische militaire weg, die dwars door de Kaukasus via de kloof van de Aragvi naar Rusland loopt. De talrijke burchten getuigen van het enorme strategische belang van de weg in het verleden. Tot op heden wordt de route druk gebruikt. In de 17e-eeuwse vesting van Ananoeri hebben kundige steenkappers heidense en christelijke symbolen vermengd. Leeuwen, stieren en plantenmotieven vloeien perfect samen met Christus en kruis. In het Kazbegi Nationaal Park merken we dat het landschap steeds woester wordt als we boven de boomgrens komen en de eerste sneeuwveldjes verschijnen. Na een aantal uur bereiken we de 2.395 meter hoge Kruispas. De temperatuur is intussen behoorlijk gedaald. Na nog een uurtje zijn we in Stepantsminda dat aan de voet ligt van de machtige Kazbek of Mkinvartsveri. Voor de 5.054 meter hoge Mkinvartsveri ligt hoog op een heuvel het pittoreske kerkje van de Heilige Drievuldigheid van Gergeti. We bereiken deze heuvel per 4x4 en bezoeken er het kerkje, van waar we een adembenemend uitzicht hebben. Daarna keren we terug naar Kazbegi waar we dineren en overnachten in het ROOMS HOTEL. (O,picknicklunch,D) 

’s Ochtends na het ontbijt gaan we terug naar lager gelegen oorden. In Gori, de geboorteplaats van Iosib Vissarionovitsj Djoegasjvil, beter bekend als Stalin, bezoeken we het Stalinmuseum en zijn ouderlijk huis. Na de lunch laten we Gori achter ons en rijden we naar de rotsstad Uplistsikhe, een van de hoogtepunten van onze reis. In het eerste millennium van onze tijdrekening is ze ontstaan aan de Mtkvari rivier. Een complete stad met straten, huizen, paleizen, tempels, markten en opslagplaatsen, uitgekapt in zandsteen en met een bovenbouw van hout die helaas verloren is gegaan. We klimmen naar boven en proberen ons voor te stellen hoe hier in de vroege middeleeuwen een bloeiende gemeenschap woonde van wel 20.000 mensen, voornamelijk kooplieden en ambachtslui. Hierna keren we terug naar Tbilisi waar we dineren in een lokaal restaurant en overnachten in het MUSEUM HOTEL. (O,L,D)

Na een vroeg ontbijt verlaten we Georgië en steken we de grens over naar Armenië. Deze bijzonder mooie rit door de groene provincie Lori en de Debedcanyon brengt ons naar het kleine stadje Akhtala waar we het gelijknamige klooster met zijn prachtige muurschilderingen bezoeken. Erna lunchen we in Nurik, wat ‘kleine granaatappel’ betekent. Het is een jongerencentrum en sociale onderneming van Armeense vrouwen. We maken hier gata, een traditioneel Armeens gebak dat we daarna lekker opsmullen. Met een goed gevulde maag zetten we onze weg verder naar het charmante stadje Dilidzjan. Door haar ligging in een vallei en omringd door dichte bebossing en met sneeuw bedekte bergtoppen heeft de stad de bijnaam, Armeens Zwitserland. Bij aankomst maken we een wandeling door het oude stadsgedeelte met verschillende werkplaatsen voor klassieke ambachten. We dineren in een lokaal restaurant en overnachten in DILJAZZ HOTEL. (O,L,D)

Na het ontbijt brengen we een bezoek aan het 13e-eeuwse klooster Goshavank. Het toont ons het Armenië van de middeleeuwen. Daarna rijden we langs de oever van het prachtige Sevanmeer. We stoppen bij het schiereiland Sevan om van hieruit de vele kleuren van het meer te bewonderen. Het meer ligt op zo’n 2.000 meter boven de zeespiegel, ingesloten tussen de bergen. De Armeniërs komen hier graag met vakantie, maar je zal zelden iemand zien zwemmen: het water is zelfs in de zomer ijskoud. Tijdens de lunch in het dorp Tsaghkunq proeven we van een typische Armeense visbrochette en rivierkreeftjes. Met deze lekkere lunch achter de kiezen rijden we verder naar Jerevan. Na een korte stadswandeling dineren we in een lokaal restaurant. We overnachten in het RAMADA HOTEL & SUITES BY WYNDHAM YEREVAN. (O,L,D)

Na een vroeg ontbijt vertrekken we naar Khor Virap, een klooster gelegen aan de voet van de Bijbelse berg de Ararat. Khor Virap is een belangrijk bedevaartsoord. We horen hier het verhaal van de moeilijke relatie tussen Sint Gregorius de Verlichter en de Armeense koning Trdat de Grote. We zetten onze weg verder door een prachtig berglandschap naar Areni, dé wijnhoofdstad van Armenië. Tijdens een heerlijke Armeense lunch, krijg je ook de gelegenheid om zelf eens te proeven waarom het dorpje die bijnaam kreeg. We rijden verder via de spectaculaire Noravankkloof en stoppen bij de Areni-1-grot, een belangrijke archeologische vindplaats. In dit prachtige landschap vinden we ook het 13e-eeuwse Noravankklooster, rustend op een hoge klif omringd door rotsen. Erna keren we terug naar Jerevan waar we in een lokaal restaurant dineren. We overnachten in het hotel. (O,L,D)

Vandaag na het ontbijt rijden we naar Geghard. Hier vinden we een 13e-eeuws klooster dat ook op de Unesco werelderfgoedlijst pronkt. Daarna rijden we verder naar Garni, een wel erg bijzonder dorpje. In Garni vinden we namelijk een tempel, gebouwd in de eerste eeuw voor onze tijdrekening en gewijd aan de zonnegod Mitra. De natuur rondom tart alle verbeelding. Na de kerstening in de 4e eeuw werd Garni het zomerverblijf van de Armeense koninklijke familie. Arabische en Turkse veroveraars en een fikse aardbeving in 1679 droegen bij tot de verwoesting van de tempel. Gelukkig voor ons werd de tempel in de jaren ‘70 gerestaureerd. We lunchen vandaag bij een lokale familie en maken kennis met de traditionele Armeense keuken. We proeven lavash, een typisch Armeens brood. Na de lunch keren we terug naar Jerevan waar we, indien de tijd het toelaat, kennis maken met nog meer Armeense specialiteiten. Voor ons afscheidsdiner gaan we naar een sfeervol lokaal restaurant. We gaan nog even naar het hotel voor wat rust en nadien nemen we de transfer naar de luchthaven van Jerevan voor onze nachtvlucht richting Brussel. (O,L,D) 

We komen aan in Brussel. (Ontbijtbox)